Irene Wouters en Myrthe van de Meulenhof, studenten biomedische wetenschappen, deden een onderzoek naar weefseldonatiegesprekken. Het onderzoek maakt deel uit van een evaluatie van de Kwaliteitsstandaard Donatie. Deze kwaliteitsstandaard is opgesteld om een uniforme uitvoering van de nieuwe donorwet te waarborgen. De studenten voerden diepte-interviews met 13 artsen die recent een weefseldonatie gesprek hadden uitgevoerd.
Verandering door donorwet
De studenten onderzochten hoe artsen weefseldonatiegesprekken ervaren en of zij de Kwaliteitsstandaard Donatie gebruiken. Sinds de invoering van de nieuwe donorwet (2020) staan mensen automatisch geregistreerd als donor van weefsel en organen, tenzij ze in het Donorregister hebben aangegeven dat zij dit niet willen. Daardoor is het gesprek met de naasten veranderd. De arts hoeft niet meer om toestemming te vragen, maar moet de naasten vooral informeren dat hun dierbare geregistreerd staat als potentiële donor.
Minder ervaring in voeren weefseldonatiegesprek
Irene Wouters en Myrthe van de Meulenhof: 'Donatiegesprekken verlopen bij weefseldonatie anders dan bij orgaandonatie. Een groot verschil is de ervaring van de arts. Orgaandonatie gebeurt meestal op de intensive care (IC), omdat een potentiële donor aan de beademing moet liggen. Intensivisten hebben meer ervaring in gesprekken met naasten en velen hebben ook de training ‘Communicatie rond donatie’ gedaan.'
'Bij weefseldonatie is dat anders. Dat gebeurt voornamelijk vanuit andere afdelingen in het ziekenhuis en kan 24 uur na het overlijden plaatsvinden. Artsen buiten de IC hebben minder ervaring met donatiegesprekken en hebben vaak geen training gevolgd. Elke zorgverlener met een BIG-registratie mag een weefseldonatiegesprekvoeren. Meestal is dat degene die er op dat moment is, vaak een arts in opleiding.’
Levensverbeterend voelt anders dan levensreddend
Orgaandonatie is levensreddend, weefseldonatie in de meeste gevallen niet. Het is wel levensverbeterend, zoals beter kunnen zien na een hoornvliestransplantatie of meer energie dankzij een nieuwe hartklep. Dat een weefsel geen levens redt, legt voor artsen wat minder gewicht in de schaal, zien de onderzoekers. ‘Als er een orgaan gedoneerd wordt dat levensreddend is, kan dat voor artsen iets zwaarder wegen dan weefsel dat levensverbeterend is.’