Modelprotocol
Het Modelprotocol postmortale orgaan- en weefseldonatie beschrijft stap voor stap het verloop van de donatieprocedure.
Het Modelprotocol bestaat uit:
Deel 1: postmortale orgaandonatie
Deel 2: postmortale weefseldonatie
Is de donor jonger dan 18 jaar? Ga dan naar het protocol Kind als donor
Wijzigingsrapport Modelprotocol: 2019-heden
Overzicht van alle wijzigingen in het Modelprotocol postmortale orgaan– en weefseldonatie.
| Datum | Versie | Wijziging |
|---|---|---|
| Januari-19 | 1.1 | Verhoging leeftijd hartdonatie naar 70 jaar |
| Wijzigingen in criteria voor weefseldonatie | ||
| April-19 | 1.2 | Eiwit/kreatine ratio bepalen bij nierdonatie |
| Januari-20 | 1.3 | Wijzigingen diverse weefselcriteria |
| Juli-20 | 1.4 | Integreren Kwaliteitsstandaard Donatie |
| Loslaten leeftijdsgrens longdonatie | ||
| April-21 | 4 | Versie 4 is de opvolging van versie 1.4 |
| Hartdonatie bij DCD donoren | ||
| Wijzigingen in criteria voor weefseldonatie | ||
| Oktober-21 | 4 | HIV geen absolute contra-indicatie meer voor orgaandonatie |
| Februari-22 | 5 | Wijzigingen in criteria voor weefseldonatie |
| Verwijzing naar Protocol Kind als donor | ||
| Juli-22 | 6 | Femorale arteriën vervallen voor weefseldonatie |
| Eigen wilsverklaring bij donor uit het buitenland | ||
| November-22 | 6 | Swabafname komt te vervallen |
| Januari-23 | 7 | Toedienen heparine donoren |
| Juli-23 | 7 | Wijzigingen in criteria voor weefseldonatie |
| Toedienen heparine ook bij orgaandonoren na euthanasie | ||
| Oktober-24 | 8 | Wijziging definitie sepsis voor orgaandonatie |
| (Bekende) hemofilie B absolute contra-indicatie voor leverdonatie | ||
| Wijziging in brieven voor nabestaanden van weefseldonoren | ||
| Januari-25 | 9 | Wijzigingen in criteria voor weefseldonatie. |
| BMI > 40 is toegevoegd als algemene contra-indicatie | ||
| COVID-19 vervalt als contra-indicatie voor cornea- en huiddonatie | ||
| MGUS wordt een relatieve contra-indicatie | ||
| Juli-25 | 10 | Deel 1 Orgaandonatie |
| 2.2.1. Meerdere wijzigingen in algemene contra-indicaties. | ||
| 2.2.2. Meerdere wijzigingen inrelatieve contra-indicaties. | ||
| 2.2.3. Meerdere wijzigingen in tabel 1, onder andere: | ||
| toevoeging hemofilie A bij lever | ||
| toevoegingen contra-indicaties hart | ||
| aanpassing leeftijdscriteria hart | ||
| 2.7. Toevoeging van het landelijk orgaanoverkoepelend Hepatitis B protocol. | ||
| 5.1. Toevoeging van informatie over de apneutest bij patiënten behandeld met ECMO | ||
| 6.1.2. Verwijderd: bij NRP hoeft de heparine niet op de IC te worden toegediend. | ||
| 6.1.3. Toevoeging informatie over abdominale normotherme regionale perfusie (aNRP). | ||
| 6.5. Maximale tijdsduur tot circulatiestilstand bij de lever gaat van 1 uur naar 2 uur. | ||
| 7.1. Aanpassingen in medische onderzoeken. In tabel 3 onder andere toevoeging CT-scan en aanvullende onderzoeken hart. | ||
| Deel 2 Weefseldonatie | ||
| 2.1. Leeftijdscriterium verwijderd | ||
| 2.3. Tabel 5: Weefselspecifieke contra-indicaties en leeftijdscriteria verwijderd | ||
| 6.5. Tabel 6.1: vragen over toestemming en persoonsgegevensdonor vervangen door een link naar de weefselvragenlijst. | ||
| 7.5.2. Informatie over rituele wassing toegevoegd. |
Voor wie is dit protocol?
Dit protocol is onder andere bestemd voor artsen en verpleegkundigen die betrokken zijn bij donatieprocedures. Zij kunnen bij hun werk de hulp inroepen van donatieprofessionals:
Donatiecoördinator (DC)
Er is voor elk ziekenhuis een donatiecoördinator beschikbaar. Deze ondersteunt het donatiebeleid in het ziekenhuis, geeft scholing en beantwoordt vragen over donatie.
(Coördinerend) donatie-intensivist (DI)
Kernziekenhuizen hebben een donatie-intensivist in dienst. Dit is een intensivist met een specifieke focus op donatie. Daarnaast heeft iedere regio een coördinerend donatie-intensivist. Hij werkt voor alle ziekenhuizen binnen het cluster.
Orgaandonatiecoördinator (ODC)
De UMC’s hebben orgaandonatiecoördinatoren in dienst. Deze zijn in alle ziekenhuizen inzetbaar om een orgaandonatieprocedure te coördineren. De kernziekenhuizen in Nederland hebben een Commissie Orgaan- en Weefseldonatie, waarin het donatiebeleid besproken en geëvalueerd wordt. Ook satellietziekenhuizen kunnen een dergelijke commissie inrichten.
Gebruiksaanwijzing voor ziekenhuizen
Dit Modelprotocol is een voorbeeldprotocol voor ziekenhuizen. Ziekenhuizen kunnen het gebruiken om hun eigen ziekenhuisprotocol te controleren en zo nodig aan te passen.
Normatieve hoofdstukken
Dit Modelprotocol voldoet aan de eisen die de wet aan een ziekenhuisprotocol stelt. De hoofdstukken in het protocol hebben een verschillende juridische status. Als een hoofdstuk een normatieve basis heeft – en er dus niet van afgeweken mag worden – staat dit er expliciet bij vermeld.
Bevoegdheden
In dit Modelprotocol staat niet altijd aangegeven welke functionarissen bevoegd zijn om een bepaalde taak uit te voeren. Dit moet het ziekenhuis zelf bepalen. Dit kan per ziekenhuis verschillen.
Zie ook invulvel waarin de bevoegde functionarissen kunnen worden weergegeven.
Gebruiksaanwijzing voor zorginstellingen en huisartsen
Het mogelijk maken van weefseldonatie zou het uitgangspunt moeten zijn van zorginstellingen, maar zij zijn niet verplicht om donatie mogelijk te maken. Een arts hoeft het Donorregister niet te raadplegen als deze procedure niet mogelijk is in de zorginstelling. Indien dit wel het geval is dan dient er in de zorginstelling een protocol voor donatie te zijn. Als er geen contra-indicaties voor weefseldonatie zijn, dan bepaalt de behandelend arts vanuit zijn eigen professionele verantwoordelijkheid of het Donorregister geraadpleegd wordt. Dit geldt ook voor de huisarts indien de patiënt thuis overlijdt.
Uitgebreide Europese richtlijn
- De ‘Guide to the Quality and Safety of Organs for Transplantation’ is een uitgebreide Europese richtlijn met de nieuwste inzichten en standaarden voor orgaandonatie en –transplantatie, gebaseerd op recent wetenschappelijk onderzoek.
- Uitgave: EDQM, Council of Europe – 9e editie (2025).
Begrippen en afkortingen
Bekijk de lijst met begrippen en afkortingen in het Modelprotocol.
Begrippen
Voor de leesbaarheid wordt in dit protocol de hij-vorm gebruikt. Uiteraard geldt dat er hier ook zij/haar en hen/hun gelezen kan worden.
Patiënt
Een persoon die is opgenomen in het ziekenhuis, van wie het overlijden spoedig wordt verwacht of die is overleden, en die mogelijk donor kan zijn.
Nabestaanden
Nabestaanden kunnen op grond van de Wet op de orgaandonatie (Wod) in bepaalde gevallen beslissingsbevoegd zijn. Nabestaanden hebben de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen de aard van de registratie of tegen de donatie. Het gaat hierbij in de eerste plaats om de partner. Bij afwezigheid of onbereikbaarheid daarvan: de bloedverwanten (1e en 2e graad). En bij afwezigheid of onbereikbaarheid daarvan: de aanverwanten (1e en 2e graad). Er geldt geen onderscheid tussen de 1e en 2e graad.
NB: In de Wod wordt de term ‘nabestaanden’ ook gehanteerd voor situaties waarin de patiënt nog niet is overleden. Dat geldt ook voor dit protocol.
Lees wie precies onder de nabestaanden vallen (4.7)
Naasten
Mensen die een (grote) rol speelden in het leven van de patiënt, zoals een buurvrouw of een goede vriend, met inbegrip van (maar niet beperkt tot) de nabestaanden t/m de 2e graad.
NB: In de Wod wordt duidelijk onderscheid gemaakt tussen de ‘naasten’ en de ‘nabestaanden’. Als het gaat om het informeren over de registratie en de vervolgstappen, kan de functionaris zich tot alle naasten richten. Maar zodra er toestemming voor donatie nodig is, zijn alleen de nabestaanden beslissingsbevoegd. Bovendien mogen alleen de nabestaanden bezwaar maken tegen de aard van de registratie of tegen de donatie. Een naaste die geen nabestaande is, mag dit niet.
Donatiegesprek
Het geheel aan gesprekken met de naasten in het kader van een mogelijke donatie. Het donatiegesprek vindt plaats voorafgaand aan de eventuele weefsel- en/of orgaanuitname en nadat het ‘slechtnieuwsgesprek’ is gevoerd.
Het donatiegesprek bevat 2 onderdelen:
- Initieel deel: gesprek waarin de functionaris de registratie in het Donorregister met de naasten bespreekt. Ook geeft de functionaris in dit gesprek informatie over donatie en vraagt hij – als dat aan de orde is – toestemming voor donatie aan de nabestaanden t/m de 2e graad of aan een specifieke persoon.
- Specifiek deel: gesprek waarin de functionaris meer informatie geeft over welke specifieke organen, weefsels en afgenomen benodigd lichaamsmateriaal medisch geschikt zijn voor donatie. Hiervoor vraagt hij aan de naasten informatie over de sociale en medische voorgeschiedenis van de patiënt. Ook bespreekt de functionaris in dit gesprek de planning van de procedure.
NB: De bovenstaande indeling in het ‘initiële deel’ en het ‘specifieke deel’ van het donatiegesprek is gemaakt om meer structuur en duidelijkheid aan te brengen. Echter, een dergelijke scheiding is in de praktijk niet zo strikt te maken, omdat in beide delen dezelfde items kunnen voorkomen. In dat geval worden het initiële deel en het specifieke deel samengevoegd in één gesprek. Dit is mede afhankelijk van de specifieke informatiebehoefte van de naasten.
Functionaris
Persoon die het initiële deel van het donatiegesprek voert. De functionaris kan een arts zijn of een andere medische professional.
Wilsonbekwaam
Het gaat hier om wilsonbekwaamheid met betrekking tot orgaan- en weefseldonatie. Een wilsonbekwame is iemand die ‘niet in staat is tot een redelijke waardering van de belangen ter zake’ en die niet ‘de betekenis van de feiten kan wegen in het licht van zijn eigen prioriteiten’.
In het geval van donatie is iemand wilsonbekwaam als hij niet in staat is om te begrijpen wat donatie inhoudt en/of om te overzien wat de gevolgen van donatie zijn. Daardoor ontbreekt bij deze persoon de basis waarop wilsbekwame personen hun keuze baseren. Mensen met een verstandelijke beperking hoeven niet per definitie wilsonbekwaam te zijn als het gaat om donatie. Of iemand wilsonbekwaam is, is een medische beoordeling, geen juridische.
Zie 3.4.1. voor kinderen jonger dan 12 jaar
Vergewisplicht
De vergewisplicht ziet toe op de wilsbekwaamheid van de patiënt. In de nieuwe donorwet is ervoor gekozen om de vergewisplicht expliciet vast te leggen. Het betreffende artikel bevat de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan voordat de procedure voor het uitnemen van organen/weefsels start. Een van die voorwaarden is dat de aangewezen functionaris zich moet vergewissen van de wilsbekwaamheid van de patiënt ten tijde van de registratie.
Aannemelijk maken
Bij een ‘ja’- of ‘geen bezwaar’-registratie kunnen nabestaanden aannemelijk maken (4.10) dat de registratie niet overeenkomt met de wens van de patiënt.
Zijn de nabestaanden ervan overtuigd dat de ‘ja’- of ‘geen bezwaar’-registratie niet klopt? Dan moeten zij dit kenbaar maken en uitleggen aan de functionaris. Hoe ze dat doen, is vormvrij. De wet spreekt over 'aannemelijk maken', zonder dat dit wordt ingevuld. Het gaat niet om ‘bewijzen’, maar om ‘uiteenzetten’ en ‘uitleggen’. De functionaris vraagt aan de nabestaanden om uit te leggen waarom zij menen dat de registratie niet overeenkomt met de wens van de patiënt.
Kunnen zij dit voldoende overtuigend uitleggen, dan kan de registratie ongeldig worden en geldt de informatie van de nabestaanden. Het is aan het professionele oordeel van de functionaris om te beslissen of hij erop kan vertrouwen dat de registratie overeenkomt met de wens van de patiënt.
Ingezetene
Een natuurlijk persoon die ingeschreven is in de Basisregistratie Personen. In de praktijk betekent dit dat deze persoon zijn werkelijke woonplaats in Nederland heeft.
Kwaliteitsstandaard Donatie
Kwaliteitsstandaard die is opgesteld in het kader van de wijziging van de Wet op de orgaandonatie in 2020. Deze kwaliteitsstandaard richt zich op de raadpleging van het Donorregister en het daaropvolgende gesprek met de naasten en nabestaanden. In de standaard is de bestaande praktijk rond donatie vastgelegd en zijn de nieuwe onderdelen van de Wod vertaald naar de praktijk. De kwaliteitsstandaard is geïntegreerd in hoofdstuk 3 en 4 van dit modelprotocol.
Afkortingen
Deze afkortingen komen voor in het Modelprotocol.
| Afkorting | Betekening |
|---|---|
| ALS | Amyotrofe laterale sclerose |
| BIG | Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg |
| BMI | Body Mass Index |
| BSN | Burgerservicenummer |
| CABG | Coronary Artery Bypass Grafting |
| cm | Centimeter |
| CRP | C-reactief Proteïne |
| CT | Computed Tomography |
| CTA | CT-angiografie |
| DBD | Donation after Brain Death |
| DCD | Donation after Circulatory Death |
| DPA | Donation Procurement Application |
| ECG | Electrocardiagram |
| EEG | Elektro-encefalografie |
| FiO2 | Inspiratoire zuurstoffractie |
| H2O | Water |
| Hb | Hemoglobine |
| Hg | Hydrargyrum |
| HIV | Human Immunodeficiency Virus |
| Ht | Hematocriet |
| HTLV | Human T-Lymphotropic Virus |
| IC | Intensive Care |
| Kg | Kilogram |
| MAP | Gemiddelde arteriële bloeddruk |
| Max. | Maximum |
| Mg | Milligram |
| MGUS | Monoclonal gammapathy of undetermined significance |
| mm | Millimeter |
| mmHg | Millimeters kwikdruk |
| mmol/l | Millimol per liter |
| MS | Multiple sclerose |
| NTS | Nederlandse Transplantatie Stichting |
| NVIC | Nederlandse Vereniging voor Intensive Care |
| ODC | Orgaandonatiecoördinator |
| OK | Operatiekamer |
| PaO2 | Partiële arteriële zuurstofspanning |
| PEEP | Positive end-expiratory pressure |
| SDD | Selectieve darm-decontaminatie |
| SEH | Spoedeisende Hulp |
| SLE | Systemische Lupus Erythematosus |
| SOD | Superoxide dismutase |
| TCD | Transcranieel Doppleronderzoek |
| TX/txp | Transplantatie |
| UMC | Universitair medisch centrum |
| VWS | Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Wetgeving
De regels voor postmortale orgaan- en weefseldonatie in Nederland zijn vastgelegd in Europese en Nederlandse wetgeving.
Hieronder staan de belangrijkste wetten en richtlijnen. Dit overzicht is echter niet volledig. Heb je vragen over het juridisch kader of over andere wet- en regelgeving voor postmortale orgaan- of weefseldonatie?
Wet- en regelgeving
De belangrijkste wetten en richtlijnen voor donatie in Nederland zijn:
Bijlagen
- Bijlage 1: Contactgegevens donatieprofessionals en bevoegdheden functionarissen. Dit is een blanco versie. Ieder ziekenhuis vult een eigen overzicht in.
- Bijlage 2: Formulier vaststellen hersendood.
- Bijlage 3: Landelijk orgaanoverkoepelend hepatitis B protocol (2.7)
Donatieformulier
Ziekenhuizen zijn verplicht om bij ieder overlijden een donatieformulier in te vullen. Dit formulier is in alle ziekenhuizen opgenomen in het pakket formulieren die na een overlijden moeten worden ingevuld. De donatiecoördinator in het ziekenhuis verwerkt de informatie uit de donatieformulieren in de landelijke database van de NTS.
Colofon
Het Modelprotocol Postmortale orgaan- en weefseldonatie is een uitgave van de Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS).
- Haagse Schouwweg 6 - 2332 KG - Leiden.
- Postbus 2304 - 2301 CH - Leiden.
- info@transplantatiestichting.nl
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande toestemming van de Nederlandse Transplantatie Stichting.
De uitgave is uitgebracht is samenwerking met: ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, (diverse werkgroepen binnen) de Nederlandse Transplantatie Vereniging en de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care.
Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt dankzij financiële steun van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.